BLUES IN SCHOTEN
CC De Kaekelaar Schoten - november 17, 2007

Website Org: BLUES IN SCHOTEN (B)
Website Artist:Monday Lovers the (B) Blues Lee (B) Electric Kings the (B) Boogie Boy (B)

Review: Witte MVS
Photo: Freddy B

Amai mijne frak ! Fraaie infrastructuur waar de mannen van Blues in Schoten kunnen van genieten, en wij erbij. De renovatie van het complex is nog niet helemaal rond, en sanitaire besognes dienden buiten in een WC container afgehandeld te worden, maar een ongeëvenaarde klier die daar over zeurt. De zaal is gewoonweg schitterend en van een formaat dat als gegoten zit voor dit evenement. De klank die beoogd wordt, voelt er zich perfect thuis en het zicht op het podium is, van gelijk welke plaats in de zaal, optimaal.
Ik zou zeggen "meer moet dat niet zijn", op een degelijke programmatie na natuurlijk, dewelke een dergelijke luxe rechtvaardigt. En een dergelijke affiche was er. De organisatie mag er fier op zijn. Alsook op de smetteloze organisatie en de perfecte timing der groepen.
 
De mannen die er hier de sfeer mochten inblazen, als dat dan al nodig was, want vanuit de bijtende kou in een gezellig warme zaal beland, waren we al in de sfeer, waren The Monday Lovers. Voorheen noemden ze zich Marc & the Monday Lovers, maar omdat er teveel Marc'en in de band zaten, waren er niet genoeg Monday Lovers over en hebben ze hun naam ingekort. En een frontvrouw aangeworven, Heidi, die met Kennis van zaken de vocalen waarnam. Hun set mocht er best zijn. Tien nummers werden ons opgedist, die mooi gearrangeerd waren voor een zevenkoppige bemanning, zodat niemand voor niemand's voeten liep. Want dat kan je wel eens hebben met een talrijke bezetting. Een paar uitschieters waren "Want You To Love Me", "Room With a View" vooral en "Dirty Job" dat als het ware op Heidi's lijf geschreven was, en dat bedoel ik nu niet pejoratief. Ik vermoed dat deze jongens goeie vrienden zijn en voor het plezier spelen. Hoe meer zielen hoe meer vreugd. Maar….twee gitaristen en een pianist, een harmonicist, een zangeres en de onontbeerlijke ritmesectie is misschien een beetje van het goede teveel. Want waar zet je die allemaal in de kleinere club of café ? En zo beperk je natuurlijk je aantal optredens.
Marcel van Blues oan Daa Stoazze wist me te vertellen dat de Lovers een goeie demo gebrand hebben, deels akoestisch. Ik ben benieuwd, want wat ik hier heb gezien is een band met potentiëel, en in dat geval betekent aanhouden, winnen. Vooral niet té bescheiden zijn mannen. Uit de hoek komen. Laat dat niet aan Heidi alleen over.

 

Blues Lee hoef ik niet meer voor te stellen. Zij behoren momenteel tot de top van wat er leeft aan blues en rootsmusic in Belgenland. En ik heb zo'n bruin vermoeden dat er eerder iets zal misgaan met datzelfde Belgenland, dan met deze fantastische band. Ik bedoel, ik ben hier geen mouwen aan 't vegen, zoals dat heet. Deze band staat er, zowel qua performance, als songschrijverij, kennis van zaken en instrumentbeheersing. Ze kunnen zonder probleem buiten het 'bluescircuit' werken, hun programma is veelzijdig genoeg. Ik acht hen in staat om het dancingpubliek in de Carré op te vrijen, zonder zich te moeten prostitueren qua muziekkeuze. En dat is, omdat ze weten waar ze mee bezig zijn. Voilà. Dat is waar alles om draait. De drie CD's die deze heren reeds hebben gebaard, zijn stuk voor stuk van meer dan degelijke kwaliteit en kunnen elke vergelijking met dito werk van de overkant van de grote plas met glans weerstaan en zelfs overtreffen.
Blues Lee was hier in Schoten ook alweer het beste dat ik gehoord heb. 't Is eruit en ik zal misschien op lange tenen staan, maar wat in mij zit moet er altijd uit. Zodoende….
Karel Phlix duwde de boot af met zijn vettige gitaar op « Honey Please Don’t » gevolgd door « Lazy Ways » en daarmee zaten we meteen op kruissnelheid. Bies is niet alleen een begenadigd zanger maar kan ook voortreffellijk uit de voeten met alt-, sopraan- en Mississippi saxofoons. Onder andere het nummer « Seven Days » is hier een schitterende getuige van. Hij heeft dit pareltje ook gecomponeerd.  Het obligate a capella- nummer met de voltallige band aan de vocals om het volledige octaaf te bereiken en drummer Yves in een hoofdrol als levende beatbox werd ook halverwege ingelast. Schuun toch. Rockin’ with « Nicole » , een reuze bijna akoestsche « Home »…. Afsluiten deden ze met « Cross That Line » , want helaas ja, aan alle goeie dingen komt een eind. C’est trop injuste.

Big Dave kwam zijn opwachting maken, ondanks zijn verkoudheid en de daar bijhorende ongemakken voor een vocalist/harmonicist, met zijn Electric Kings. De éénmalige reunion voor BRBF 2005 blijft voortduren. Met een eigengereide cover van « Mannish Boy » werd de aftrap gegeven. Marc T stond er een beetje onwezenlijk bij, alsof hij nog niet helemaal goed wakker was. Ze brachten een song die alles had van « Caldonia » behalve de tekst en de brug. Luke Alexander was naarstig bezig op gitaar, en hij liet Howlin’ Wolf’s « Commit a Crime » klinken zoals het hoort : monotoon repetitief en bijgevolg dreigend als gif. Daar gaat het tenslotte over. Big Dave was wel echt ongesteld, want als het maar even kon droeg hij het vaandel over aan de collega’s. En dat zijn we van hem niet gewoon. Willy en R.C. hadden het ritmische heft stevig in handen. Maar het mocht niet baten. Op een verdienstelijk instrumentaal nummer, misschien om Dave te ontzien, na, kwam het me allemaal vrij inspiratieloos en stroef over. Iedereen heeft natuurlijk al eens een mindere dag. Wat bij mindere goden dan een subliem concert zou zijn, is dat niet bij top acts als The Electric Kings vanwege de hogerliggende lat. Het nadeel van de faam, zeg maar.

 

 

Boogie Boy mocht het feest beëindigen en verzamelde daarvoor een keure aan muzikanten rondom zich. « Little » Chris Van Nauw aan de gitaar samen met de haast voltallige Blunk ofte ex-Blue Blot. Zoontje Nathan, N’8’N, was ook van de partij en dat haalde het ganse opzet enigszins uit zijn context. Waar vader Paul Ambach, ondanks zijn zeer zakelijke instincten en onderlegdheid, en dankzij zijn charisma toch nog met veel gevoel voor Rhythm and Blues voor de dag kan komen, weet ik het niet zo goed bij N’8’N. Alleen zijn artiestennaam al, weettuh !? Blues is niet meteen zijn cup of thee, denk ik. Little Chris, de nieuwe Melaerts, zette de partij in met een instrumentaal nummer, zoals gebruikelijk om de ‘groten’ in te leiden. Daarna kwam Nathan een drietal niemendalletjes letterlijk ijsberen op het podium. Wanneer eindelijk Boogie Boy op kwam kregen we nog een verende « Let the Good Times Roll » among others en vooral een prachtig en gevoelig « The Thrill Is Gone » van B.B.King. Met muzikanten als Hervé Martens aan klavieren en Michael Schack aan de drums en drumballet, blijft de show ten allen tijde overeind, zoveel is zeker en daar kan Nathan zijn profijt uithalen. Volgende keer dochter Marilyn meebrengen, Paul. Het oog wil ook wat.

 

 

Blues in Schoten, de vijfde editie, is alweer geschiedenis, maar zal in de annalen vermeld blijven als geslaagd. Nog eentje in de lange rij dit jaar. Mij hoor je niet klagen !! Tot volgend jaar.

 

witteMVS

BACK TO REVIEWS