TAIL DRAGGER (US) - BIG BONES (US) - ROBBERT FOSSEN BLUESBAND (NL)
WEDNESDAY, JUNE 18 - SPIRIT OF 66 VERVIERS

website club

Reporter: Laurence
INFO ARTIST

TAIL DRAGGER (US)
website

BIG BONES (US)
website

ROBBERT FOSSEN BLUESBAND (NL)
website
CONCERT REVIEW

Alweer voetbal op TV, reden genoeg om een beetje autostrade te nemen en bij onze zuiderburen in Verviers te gaan luisteren naar de aangekondigde Chicago blues. Tail Dragger en Big Bones zijn Amerikaanse blueszangers die onafhankelijk van elkaar optreden maar voor hun Europese tournees zich laten begeleiden door de Nederlandse formatie Robbert Fossen Bluesband. Twee goede artiesten met eenzelfde groep brengt variatie in de avond en drukt de kosten, en dat was nodig want ondanks de aardige internet palmares van deze mensen waren slechts een twintigtal liefhebbers komen opdagen. Was Rusland - Zweden dan zo interessant of heeft onze arbiter Frank De Bleeckere zoveel supporters?

Kort na de aankomst van de laatste musici en materiaal klonk er binnen al een goed deuntje. Wat ik vermoede een soundcheck te zijn bleef gewoon doorgaan, dit was reeds het begin van het optreden. Eerst was het alleen de 4 koppige Robbert Fossen Blues band. Meer details over hen kan je lezen in mijn review van Paasblues in Asten (21-24mar08). Toen introduceerde hij Big Bones, een stevige zwarte jongen gekleed in een bontgekleurde soort pyjama overal met dito pet. Een donkere zonnebril (type bluesbrothers) en witte sportschoenen completeerden de outfit en je kon er dus niet naast kijken. Na een paar woorden gezongen te hebben haalde hij zijn mondharmonica boven en die afwisseling zouden wij in de meeste nummers dikwijls horen. Dit was effectief pure Chicago blues, een genre dat mij wel goed ligt. In het volgende trager nummer liet hij horen hoe goed hij de harp bespeelt op de traditionele rootsblues manier. Destijds ging hij op scholen het genre promoten door historische overzichten van de blues te brengen en dat was er duidelijk aan te horen. Vernieuwend was dat hij deze rootsharp klanken gedurende een ander lied combineerde met hip hop of zelfs rapper stijl teksten, een originele mix en aangenaam om horen. Na een instrumentaal nummertje kregen we er eentje waar zijn zeer diepe stem nog meer op de voorgrond kwam. Het geringe bereik ervan leidt hem ertoe soms meer te vertellen dan te zingen, maar toch kon hij met “I got a date with the blues” een sensueel klinkende trage opbrengen. Hierin nam Robbert Fossen de sologitaar partij voor zich. Met “we like it” zaten we terug in een medium ritme en was het Harry Dorth die de solopartij op de snaren mocht tokkelen. De meeste aanwezigen waren ondertussen al flink aan het meehuppelen en het viel me echt op dat je daarvoor niet echt veel decibels nodig had. De patron Francis deed een prima job achter zijn mengtafel en ik heb ook geen enkele muzikant hem enig teken zien doen. “Put you down baby” was easy good stuff waarin ie toch liet horen dat hij west coast invloeden onderging door zijn Californische thuisbasis de laatste jaren. Hier improviseerde hij met zijn tekst over wat ie rond hem zag, en produceerde vogelgeluiden met de mondharmonica, een mooie afsluiter gevolgd door een pauze buiten (binnen mag niet gerookt worden in de spirit).

We waren nog maar pas op de stoep of de patron kwam de musici al terugroepen voor set 2. De band begon met een tweetal nummers als opwarmer, goede swing maar toch wat te weinig punch om te imponeren. De Robbert Fosssen Bluesband is zeer goed in het begeleiden van artiesten, juist doordat ze nooit echt de aandacht naar zich trekken. Alles komt mooi zoals verwacht, maar ze hebben daarbij een echte frontman nodig om het geheel wat op te fleuren. In feite verkies ik dit boven sommige andere begeleiders, die teveel aandacht naar zich trekken en de frontman soms bedelven onder hun te harde noten.

Toen waren we klaar voor Tail Dragger, een 68 jarige afgeborstelde man die eerst op een stoel ging zitten op het podium. Het is hem vergeven, als je in 1960 in Howlin’ Wolf z’n band gespeeld hebt, daarna zelf diverse bluesnamen in je band grootgebracht hebt, en in de jaren 90 een andere blueszanger na een festival doodschoot na een ruzie over de gage (erkende zelfverdediging), en gans je leven lang optredens, platen, cd’s en dvd’s volspeelt, dan mag je al een beetje afgeleefd overkomen. Ondanks dit alles bleef zijn stem heel stevig en rauw. Hij begon met een heel trage vettige blues en dan zie je maar dat iemand met een grijze baard heel geschikt blijkt te zijn om gevoelens over te brengen met zang. Robbert Fossen had ondertussen zijn gitaar omgewisseld voor de harp. Die begeleiding klonk voortreffelijk en speelde een belangrijke rol in het succesvolle repertoire van Tail Dragger die avond. Met be nice to the neighbors begon het goed te swingen en werd de stoel op het podium overbodig want hij kon er ook niet op blijven stilzitten. Het contact met het publiek werd gelegd door een kale man op het podium te halen. Toen Tail Dragger dan zijn hoed afdeed zag je dat ze ondanks een andere huidskleur tot iets gemeen hadden. Tijdens het volgend traag nummer daalde hij van de bühne af en het duurde niet lang of hij werd omgeven door het karige doch enthousiaste publiek. De oude man met zware wallen onder de ogen was zo expressief dat je niet alleen luisterde naar zijn stem, maar naar de ganse spirit van de blues. De Rotterdamse gitarist speelde daarbij zeer mooie passages. We kregen nog een paar heel goede chicago bluesnummers en niemand van de aanwezigen kon blijven stilzitten. 'Baby please don’t go' was dan ook een gepaste afsluiter. Voor het bisnummertje konden we Big Bones uiteindelijk dan toch overtuigen om mee te komen spelen op het podium. Nadien op de stoep hebben we nog een tijd blijven praten met die mannen en vernamen we dat ze nog maar 3 maal samengespeeld hebben met de groep , een bewijs van kunde en mekaar aanvoelen. Spijtig dat ze minder naambekendheid genieten in onze contreien, ze zijn het zeker waard. Ik hield er een beter gevoel aan over als dat ik voor de zoveelste keer dezelfde bekende lokale groep ergens ging beluisteren. Bedankt Spirit of 66 om ook minder bekende, maar daarom niet minder goede, artiesten te programmeren.

Laurence