INFO | |
SATURDAY, NOVEMBER 28 - OC DE DJOELEN OUD-TURNHOUT website GOEZOT IAN SIEGAL (UK) LEFTIES SOUL CONNECTION (NL) LIGHTNIN' GUY & THE MIGHTY GATORS (B)
review: witteMVS |
|
REVIEW | |
(Op vraag van, en uit respect voor Ian Siegal worden er geen foto's gepubliceerd van zijn onfortuinlijke huidige toestand) Veel kom ik niet in Oud-Turnhout. ‘k Heb daar eigenlijk niets meer verloren sinds ons tante nonneke dood is. In lang vervlogen tijden werd ik er al eens naartoe gesleurd door mijn bobonne zaliger, die er haar zuster, ons tante nonneke dus, ging bezoeken in het convent. Zij was één van die nonnen in het wit, net zoals mariniers die hun blauwe uniform verwisselen voor wit als ze de evenaar ‘crossen’, mocht ze de zwarte pij afleggen voor een wit modelletje. Ze klopte haar dienst namelijk in de Congo, waar ze de toen nog goedgelovige zwartjes van alles wijsmaakte. In haar klasje zaten de Kabilla’s van vandaag. Die hebben de boodschap van de Almachtige Vader doorzien en naar hun hand gezet. En ondanks de lessen die ze nog kregen van Che Guevara, gingen ze toch liever het pad volgen van de nietsontziende tirrannie. Tante nonneke had een paar zestienjarige zwarte meisjes ‘gered’ uit de klauwen van die linkse Lumumba, de gesel Gods. Ze had ze in een witte pij gehuld naar haar evenbeeld en van toen af aan roken deze verholen wulpse kindjes van de jungle even muf als hun lichtende voorbeeld. Een paar jaar later ging tante nonneke in pensioen bij de Almachtige en haar twee pupillen konden hun krijt trekken daar in het convent van Oud-Turnhout. Want de zwarte (leest in ’t zwart geklede) zusters waren ‘Blokkers’ avant la lettre en deden alles wat in hun bereik lag om die twee negertjes uit hun hof te werken. Ze bereikten hun doel heel snel, want nonnen waren toen nog machtig. Omdat ze toen toch al gedoodverfd waren als kinderen van den duivel en geen centen hadden om naar huis terug te gaan, zijn ze toen naar de zelfkant van Antwerpen metropool getrokken. Althans, dat is waar mijne nonkel Zwaren zegt ze gezien te hebben, met een drastisch ingekorte pij en de kap over de haag. De naastenliefde bedrijven voor de volle honderd percent zei nonkel Zwaren. Volledig vrijwillig ben ik vandaag naar hier weergekeerd voor Ian Siegal en natuurlijk ook voor het aflsuiten van het 10-jarig bestaan van GOEZOT!!! waarvoor dit 3-delig optreden was ineengestoken.. De prins van de rauwe blauw-ogige blues, booz and cigarettes heeft de koloniale geesten hier voor mij weggejaagd. Ik kon hier gerust weerkeren en mij wentelen in de rock-soul-Waits-rhythm&blues-captainbeefheart-british-delta sound van enige echte Prince of Wales and Darkness, het enfant terrible van de blues. Maar we moeten een beetje chronologisch blijven te werk gaan, dus beginnen we bij het begin. Goezot heeft getuigd van een klare kijk op de huidige Vlaamse blues. Wie konden ze er beter uitpikken dan onze Lightnin’ Guy en zijn Gators om de boel op te warmen voor het showbeest ? Dat dacht ik al. Deze West-Vloaminge zullen dat klusje wel klaren zonder veel moeite. Ze openen de show met “Sacred Ground”, een sterk nummer waarin Guy al heel wat uit de kast kan halen. “Cut You Loose” volgt. Guy Verlinde weerstaat de bad mojo die boven zijn hoofd en die van de band hangen. Hij put er zelfs kracht uit om nog steeds met dezelfde overtuigingskracht door te gaan. Hij heeft hier eens te meer bewezen dat hij de enige echte Lightnin’ Guy is, ongeacht wie de Mighty Gators van het moment zijn. Soulvolle ballads als “Ain’t No Sunshine” en “Out of the Rain” weet hij ook vandaag weer ontroerend te brengen en met zijn up tempo nummers “Hip Shake”, “Do That Boogie” en Bon Temps Rouler” gaan de poppen zo aan ’t dansen. Weldra komen er nog een aantal eigen nummers opzetten en hij werkt aan een akoestische live-set, waarvan we in de Borderline al een voorsmaakje kregen. Een perfecte start met The Mighty Gators. The Lefties Soul Connection zijn een Amsterdamse band, die naar eigen zeggen, de mosterd haalden bij funkbands als The Meters en The JB’s en hip-hop acts als Jurassic 5 en The Beastie Boys, zonder ze daarom klakkeloos te gaan imiteren. Het gaat hen in de eerste plaats om de groove die vervat zit in deze muziek. En ik moet toegeven dat ze die aardig op hun plaats hebben. Echte “raw” funk vindt ik net een iets te overdreven gesteld, daarvoor moet er nog een extra dosis half ingeslikte woede aan te pas komen. “Here Come the Girls” komt aardig in de buurt van het werk van de broertjes Neville. “Code 99” doet dan weer eerder denken aan de Stax house band Booker T and the MG’s, en “Succes”” is helemaal The Beastie Boys uitgerold. Hun nieuwe CD “Skimming the Skum” kondigt zich ruiger aan, dan ze in werkelijkheid is, maar is toch een samenhorende verzameling nummers geworden. En wat nog het meest verbaasd bij deze band is zijn line-up : Hammond B3, gitaar, bas en drums. Blazers zijn er niet te bespeuren. Nochtans is dit de soort muziek die volop ruimte biedt aan saxofoons. En dan was het de beurt aan Ian Siegal. Ondanks een gebroken arm en/of pols komt hij hier zijn ding doen. Erop of eronder. Dat is ook één van zijn sterke kanten, wat er ook gebeurd, hij stelt zelden iemand teleur. Omdat hij zelf zijn kleine Harmony gitaar niet kan bespelen heeft hij een beroep gedaan op de Amsterdamse labelgenoot en jonge gitarist, Dusty Cigaar. Deze probeert zo goed als enigszins mogelijk Siegal’s wonderlijke klanken uit zijn electrische snarenplank na te bootsen. Dat lukt hem niet, maar hij weet toch een waardig surrogaat in de plaats te stellen dat de songs helemaal ten goede komt én tot tevredenheid van Siegal stemt. Op de bass vinden we natuurlijk de onafscheidelijke Andy Graham, en op drums uiteraard Nikolaj Bjerre.
Deze laatste introduceert met een opbouwende jungle drums, waaraan de bass zich aansluit, de gitaar en tenslotte Ian die een Diddley-medley inzet. “Pretty Thing-Mona-Diamond Ring-Hey Bo Didley” om uit te monden in zijn “Little Paranoia” dat hier perfect in het plaatje past. Dan volgt zijn “Dirty Groundhog” en “Quarantine” een pareltje uit zijn laatste CD “Broadside” welke bij MOJO verkozen werd als bluesalbum van 2009. Het was Bjerre’s verjaardag en Ian dronk de fles champagne uit die hij gekregen had. We hadden recht op zijn Howlin’ Wolf evoctie en een beklijvende versie van Warren Zevon’s “Carmelita” die aan de botten bleef plakken. Hij beëindigde zijn set met “Cherry Baby” met een solo van Cigaar van vijftien minuten. Als bisnummer zong hij “John the Revelator” a capella. Daarna een prachtig “Take a Walk in the Wilderness” dat hij ontleende aan George Watt, gevolgd door een medley met “Freight Train - I Shall Not Be Moved – Folsom Prison Blues – That’s Alright Mama – Freight Train – I Shall Not Be Moved”. “Nadine – Little Queenie” van Chuck Berry sloot tenslotte het rijtje af. Een bis van veertig minuten. Typisch Ian Siegal… En welle tevreden naar huis. En gelle ? witteMVS
|
|